Inleiding

 

Tientallen jaren drankgebruik maskeerde voor Richard een probleem dat hem ervan weerhield het leven te leiden dat hij wilde leiden, een veelvoorkomende uitdaging voor veel drinkers.

 

Pas toen hij stopte met drinken, realiseerde hij zich dat alcohol ADHD verborg.

 

Lees meer over zijn verhaal in de blog van deze week.

 

Blog

 

Ik ben nu  bijna twee jaar nuchter en sta op het punt mijn vorig persoonlijk record te halen. Ik kreeg onlangs ook de diagnose ADHD. Ik ben juist 53 geworden.

 

Eerst het alcoholgedeelte: ik weet al heel lang dat ik een alcoholprobleem heb. Ik begon te drinken  tijdens mijn late tienerjaren en bezocht toen talloze kroegen. Ik dronk zwaar tijdens mijn studiejaren aan de universiteit. Daarna leerde ik Engels in het buitenland, waar ik ’s middags les gaf, ’s avonds dronk en ‘s ochtends katers verwerkte. Ik ben toen begonnen met een doctoraat waarbij ik mijn werk kon combineren met liefde voor alcohol. Het beïnvloedde mijn persoonlijke relaties. Een huwelijk duurde nooit lang en om het verdriet te verwerken dronk ik mezelf elke avond in een roes. Toen ontmoette ik een Japanse vrouw en volgde haar toen ze terugkeerde naar Japan. Ik leerde haar Engels in combinatie met overvloedig alcoholgebruik. Het huwelijk eindigde op dezelfde manier als de vorige huwelijken. Daarna kreeg in een vaste job in een academie in Australië en verhuisde naar daar.

 

En zo verliep het de afgelopen decennia. Werken, drinken en af en toe een relatie die op de klippen liep door buitensporig drankgebruik. Ondanks alle chaos hield ik koppig vol. Als je me zou vragen waarom ik dronk, zou ik je vertellen dat het een combinatie was van eenzaamheid en stress op het werk, hoewel alcohol duidelijk een factor was van beide.

 

In januari 2011 stopte ik met drinken en het was geweldig.

 

Na enkele weken van de fles te blijven, begon ik mij rustiger te voelen dan ooit tevoren. Ik sliep beter, viel af en was veel fitter. Ik kon me niet voorstellen hoe ik ooit terug zou beginnen te drinken, maar toch deed ik het. Ik was op een bruiloft en ontmoette daar een jonge vrouw op wie ik viel. Ironisch genoeg is ze een dokter en spoorde ze me aan om samen een glas whisky te drinken. Ik liet het toen bij die ene en viel niet meteen terug in mijn oude gewoontes. Ik dacht dat ik het onder controle kon houden, maar na enkele maanden dronk ik meer dan ooit tevoren.

 

Enkele jaren later, uit angst voor mijn gezondheid, stopte ik opnieuw en hield het bijna twee jaar vol. Toen ik met mijn toenmalige vriendin naar Bali reisde, kreeg ik een snorkelongeval en was er zo van geschrokken dat ik een biertje dronk. Ik dronk er slechts twee die avond. Net als de vorige keer duurde het een paar weken en was ik terug hervallen in mijn oude gewoonten. Tijdens de weekends deed ik aan binge drinken om dan tijdens de week te bekomen.

 

In januari 2021, na dat eerste met alcohol doordrenkte paramedisch jaar, zei ik tegen mezelf dat het genoeg was geweest en stopte ik. Sindsdien heb ik nooit meer achterom gekeken. Deze keer was mijn trigger een zwarte band in karate. Ik realiseerde me dat ik mentale en fysieke focus nodig had en was er vrij zeker van dat alcohol daar een invloed op had. Ik wist ook uit eerdere ervaringen dat als ik er de eerste weken zou doorkomen, ik niet opnieuw zou beginnen. Ik faalde behoorlijk qua beoordeling, maar hield vol en heb sindsdien niet meer gedronken.

 

Dit was het gedeelte alcohol, nu ADHD

 

Ik heb mezelf altijd als angstig bestempeld. Iedereen ziet mij als gedreven en energiek, maar ook als een chaotisch iemand. Aangezien ik tijdens mijn volwassen leven altijd dronk, werd dit in mijn gedachten altijd geassocieerd met alcohol. Ik heb ook veel gekke, impulsieve dingen gedaan tijdens gebruik, waarbij ik dikwijls in problemen kwam. Dit is het punt: ik zei dat ik alcohol opgaf om mijn focus te verbeteren. Naast mijn karatedoel had ik nog een veel belangrijker doel – mijn eerste academische boek afronden, waarmee ik in 2011 was begonnen. Toen ik stopte met drinken werd bijna alles beter, behalve mijn focus. Het kriebelde nog steeds. Ik was eindelijk klaar met het manuscript, in een waanzinnige uitbarsting van hyperfocus. Dat is de enige manier waarop ik ooit iets had gedaan, inclusief mijn doctoraat, maar meestal zou die hyperfocus niet komen en zou ik wanhopig naar de fles grijpen.

 

Het was een aandachtige karate-instructeur die mijn ADHD voor het eerst opmerkte. Uit frustratie over mijn onvermogen om mij te concentreren, vroeg hij mij op de man af of ik ADHD had. Ik wuifde het toen weg, maar het is mij toch bijgebleven, want toen mijn concentratie niet verbeterde, zelfs nadat ik maanden niet had gedronken, en toen ik voor de vijfde keer zakte voor mijn rijexamen, en ik uitlegde aan een vriend wat er was gebeurd, stelde hij mij voor om me te laten onderzoeken. Ik deed een online screening en slaagde met vlag en wimpel. Na zes maanden wachten kreeg ik eindelijk een goede klinische beoordeling en werd de diagnose bevestigd: duidelijk en zeker geen borderline. Ik had het geluk om naar een psychiater te gaan die de eerste diagnose bevestigde en me op een kuur met methylfenidaat (Ritalin) zette.

 

Het effect van de eerste dosis was opmerkelijk. Alles ging gewoon langzamer. Ik dacht bij mezelf “dit, dit is waar ik al die jaren naar op zoek was in alcohol”. Alles werd overzichtelijker. Werk dat normaal gesproken uren in beslag zou nemen, werd snel en efficiënt uitgevoerd. Mijn huis werd op magische wijze opgeruimd. Naarmate ik meer te weten kwam over de aandoening, begon veel betreffende mijn drankcarriëre logischer te worden. Alcohol zorgde niet alleen voor de eerste bevrijding, maar nog belangrijker – het bood een context waarin ADHD-gedrag normaal kon lijken. Iedereen praat te veel, onderbreekt, verandert willekeurig van onderwerp, doet gekke impulsieve dingen als ze drinken, nietwaar? Veel van mijn dronken gedragingen waren eigenlijk te wijten aan mijn ADHD die eruit sprong.

 

ADHD is samen met andere dingen een emotionele ontregeling. Eén van de meer controversiële kenmerken is zoiets dat “afwijzingsgevoelige dysforie” wordt genoemd. Hoewel het niet wetenschappelijk is vastgesteld, melden veel ADHD’ers een veel hogere gevoeligheid voor afwijzing dan neurotypische mensen. Dit verklaard waarom mijn eerdere pogingen om te stoppen met drinken waren mislukt. Bij beide gelegenheden werd ik geconfronteerd met een intense emotionele uitdaging, en alcohol was mijn kruk: de angst dat een vrouw me zou afwijzen en de angst om te verdrinken brachten mijn emoties in de war.

 

Iedereen zijn verhaal is anders. Veel, vooral niet-gediagnosticeerde ADHD’ers hebben een probleem met alcohol of andere middelen. Velen hebben echter ADHD maar maken geen misbruik van alcohol en er zijn tal van andere redenen waarom iemand een drankprobleem zou kunnen hebben. Het grootste gevaar voor mij is om te denken dat ik nu een diagnose en een passende behandeling voor ADHD heb, geen alcoholprobleem meer heb en nu “normaal” kan drinken. Ik besef maar al te goed dat ik dat niet kan. Stoppen met drinken opende de deur naar mijn bredere geestelijke gezondheidsreis. Nuchterheid en het beheersen van mijn ADHD gaan hand in hand.

 

Eén van de grootste problemen in de huidige Australische gezondheidszorg is dat het vaak moeilijk is om hulp te krijgen als je ADHD hebt in combinatie met middelenmisbruik. Je moet dan eerst het drinken aanpakken voordat je hulp kunt krijgen. Het is zeker de moeite waard om professionele hulp te vragen bij ADHD.